Ontmoet Zeger, Vriend van de Abdij

Zeger Debyser.

“Cultuur en natuur komen mooi samen in de abdij”

Zeger Debyser is de voorzitter van de vzw ‘De Vrienden van de Abdij van ’t Park’. De Vrienden werken mee om het erfgoed te ontsluiten, de tuinen te onderhouden en de uitstraling van de abdij te ondersteunen. “Samen maken we het hier nóg mooier.”

Zeger (53) is kind aan huis in de abdij. “Ook al ben ik geboren in West-Vlaanderen, ik ken de abdij van toen ik nog een klein ventje was. Mijn grootouders woonden hier vlakbij en ik kwam hier met mijn opa wandelen. Hij kende de toenmalige abt en babbelde ook altijd met Jefke van Park, een legende in de streek”, herinnert Zeger zich.

Debyser studeerde geneeskunde in Leuven, net als zijn vader. “Mijn papa is ook getrouwd met een Leuvense – de dochter van de kotbaas, trouwens”, lacht hij. “Met mijn vrouw Veerle woon ik al sinds 1994 in de wijk Spaanse Kroon. Ons huis is trouwens gebouwd door de zoon van de toenmalige kok van de Abdij van Park”, weet Zeger.

Opleiding tot natuurgids

Een deel van het natuurdomein van Abdij van Park.

Zeger en zijn echtgenote komen dus al zo’n 25 jaar naar Abdij van Park. “Toen zag de abdijsite er heel anders uit. Het was deels verwaarloosd terrein doordat broeder Frans gestopt was met zijn boerderij. Eind jaren negentig heb ik, tijdens mijn opleiding tot natuurgids, een biotoopstudie gedaan van de site. Daaruit kwam een inventaris van waardevolle fauna en flora, waarna ik een werkgroep oprichten om het natuurgebied te herstellen”, vertelt Zeger.

Zeger vond daarvoor steun bij de Vrienden van de Abdij. Hij werd bestuurslid van de vzw en startte een werkgroep natuurbeheer op met een aantal vrijwilligers, waaronder huidig domeinbeheerder Stefan Van Lani. “We hebben eerst een opruimactie tegen zwerfvuil op touw gezet. Wat voor rommel we toen allemaal hebben verzameld… Er lagen zelfs her en der autobanden”, herinnert Zeger zich.

De paters-norbertijnen waren akkoord dat de Vrienden het oude landschap zouden herstellen. “De graslanden waren overwoekerd: er stonden netels, acacia’s, bramen… We hebben daar een plan voor uitgetekend en die zomer ook een eerste maaiweekend georganiseerd."

Zeger aan het werk.

Natuurvereniging

Samen met stadsimker Staf Kamers en de paters hebben de Vrienden de moestuin, de boomgaard en de conventstuin gerestaureerd. Al was het begin deze eeuw soms balanceren op een slappe koord.

“Er waren erfpachtonderhandelingen, dus mochten we nog niet té veel veranderen op het domein. Onze plannen zijn wel mee opgenomen in de latere beheersovereenkomst. De Vrienden zijn toen ook erkend door de Stad Leuven als natuurvereniging: zo konden we nog beter aan natuurbeheer doen”, aldus Debyser.

“Het is dan ook een eer dit te mogen doen”, vervolgt Zeger. “We leven hier op de abdij in harmonie met dieren en planten. Cultuur en natuur komen mooi samen op deze plek. De Vrienden zijn met zo’n 300 leden en samen maken we het hier nóg mooier.”

"Samen maken we het hier nóg mooier"

De vijvers van Abdij van Park.

Meer biodiversiteit

Wat het meeste veranderd is op de abdijsite? “De vijvers. Tot midden jaren negentig was hier een viskwekerij. Een werknemer daarvan heeft ons de overloopconstructies getoond. Die waren volledig overwoekerd. We zijn toen met visbeheer gestart en hebben ook populieren laten kappen, maar dat heeft het landschap alleen maar verrijkt. Zo zijn er nu rietkragen en is er meer biodiversiteit. Vroeger waren er geen kikkers of watersalamanders. Je ziet nu ook meer zeldzame vogels…”

“Landschappelijk is het ook veel mooier geworden”, benadrukt Zeger. “De lage beemd naast de Molenbeek was bijvoorbeeld volledig overwoekerd. Er stond ook maar 1 knotwilg – nu is er een mooie bomenrij. Tenminste, als de bever (die sinds kort op de abdijsite woont, red.) ze niet omknaagt. We houden daarom ook de dijk in de gaten, zodat die bever geen tunnels maakt tussen de vijvers en de beek.”

Een groepsfoto van de Vrienden van de Abdij tijdens het maaiweekend.

Werkdag

Elke eerste zaterdag van de maand houden de Vrienden van de Abdij een werkdag in het groen. “Iedereen is welkom om de handen uit de mouwen te steken. Op zo’n dag ervaar je pas echt wat voor mooie, spirituele plek dit is. De volgelingen van Norbertus hebben alles hier erg goed ingericht. Het geheel van de gebouwen, de natuur, de stilte… Ik snap dat die paters hier willen zitten”, besluit Zeger.

Iets fout of onduidelijk op deze pagina? Meld het ons.